Watertoren krijgen ze niet om

De Moffen leken weg te zijn. Dus aan ‘t werk.

Wat gegeten (ons laatste stukje brood) en daar om 10 uur een klap. Daar bliezen de Moffen de Watertoren op. Een geweldige stofwolk bewees het!

Maar al was er een stuk van de bemanteling aan de voet van de toren foetsie, het gevaarte stond nog steeds [overeind], doorzeefd door de granaten, die, zoodra ze maar het geringste takje op hun weg ontmoetten, uiteen springen, en een schervenregen strooien.